Zoek een lied

{{ filtered.length }} van {{ totalItems}} liederen getoond

Geen liederen of gedichten gevonden

145a - Aller Augen warten auf dich, Herre


Een eerste kennismaking

Je kunt het in Duitsland of in internationale kringen zomaar meemaken: voorafgaand aan een maaltijd gaat iedereen staan en men zingt (meerstemmig!) uit het hoofd Aller Augen warten auf dich, Herre… Het zijn enkele verzen uit Psalm 145, op muziek gezet door Heinrich Schütz (1585-1672), de grootste Duitse componist van kerkmuziek vóór Bach. Het is een deel van de tafelzegen zoals Martin Luther die in zijn Kleine Catechismus aangeeft: eerst het Aller Augen…, dan wordt het Onze Vader gebeden en een zegengebed sluit deze korte huisliturgie af. De laatste tekst is in het Liedboek te vinden onderaan blz. 543.
Vaak is geprobeerd een Nederlandse vertaling bij de muziek te plaatsen. Maar de noten zijn zo op de Duitse tekst geschreven (uit de bijbelvertaling van Luther) dat dat eigenlijk nauwelijks mogelijk is.
De liedboekredactie heeft deze korte compositie van Schütz opgenomen om aan te sluiten bij de oecumenische traditie van dit gezongen gebed bij de maaltijd.

Auteur: Pieter Endedijk


Kernvers

Tekst

Voor de achtergrond van deze compositie van Heinrich Schütz (1585-1672), zie ook hierboven bij ‘Een eerste kennismaking’.
De tekst is Psalm 145,15-16 in de vertaling van Martin Luther. De tekst in de toonzetting van Schütz wijkt op enkele plekken af bij die van Luther:

Luther:

Schütz:

Aller Augen warten auf dich,
und du gibst ihnen ihre Speise
zur rechten Zeit.
Du tust deine Hand auf
und sättigest alles, was lebt,
nach deinen Wohlgefallen.

Aller Augen warten auf dich, Herre,
und du gibest ihnen ihre Speise
zu seinen Zeit.
Du tust deine milde Hand auf
und sättigest alles, was da lebet,
mit Wohlgefallen.

De psalmwoorden vormen het eerste deel van het ‘Benedicite vor dem Essen’. Deze tafelzegen is afkomstig uit de kleine catechismus van Martin Luther. Na deze psalmwoorden wordt het Onze Vader gebeden en volgt de zegenspreuk:

Herre Gott, himmlischer Vater,
segne uns und diese deine Gaben,
die wir von deiner milden Güte zu uns nehmen,
durch Jesum Christum, deinen lieben Zohn,
unsern Herren. Amen.

Deze woorden zijn in een Nederlandse vertaling ook als tafelzegen te vinden in het Liedboek (blz. 543).


Melodie

‘Aller Augen’ is het eerste deel van de toonzetting van de driedelige tafelzegen van Luther (SWV 429) en afkomstig uit de Zwölf geistlichen Gesängen van Schütz (opus 13).
Het is niet bekend wanneer Schütz de muziek schreef, wel dat hij deze schreef voor de koorzangers die bij hem in huis woonden. De koorstemmen kunnen begeleid worden door basso conituno. De muziek is meer koormuziek dan gemeentezang. Het betreft niet een melodie met een begeleiding, maar de muziek wordt bepaald door het harmonisch verloop. Daarnaast is het ritme van de onberijmde psalmtekst bepalend voor het ritme van de muziek. Dat is duidelijk te zien in de eerste regel met lengteaccenten op ‘Au-gen’ en ‘war-ten’ en de achtsten bij ‘und gibest ihnen’ en ‘sättigest alles, was da lebet’. Dit is bij uitnemendheid karakteristiek voor Schütz, de musicus poeticus. De muziek licht woorden eruit die de componist wilde benadrukken.
Harmonisch gezien is er een wisselwerking tussen de paralleltoonsoorten e-klein en G-groot. De eerste regel begint in e-klein om daarna naar G-groot te moduleren (‘und du gibest ihnen ihre Speise zu seiner Zeit’). In de tweede helft gebeurt het omgekeerde: beginnend in G-groot (‘Du tust deine milde Hand auf…’) keert de muziek weer terug naar e-klein. Binnen deze twee helften zien we ook de wisseling van mineur en majeur: in de eerste regel wordt bij ‘Augen’ al naar G-groot uitgeweken om bij ‘Herre’ weer terug te keren naar e-klein. Hetzelfde gebeurt in de tweede helft waar bij ‘milde Hand’ de muziek naar e-klein uitwijkt om daarna via G-groot (‘alles was da lebet’) op een brede slotcadens in e-klein te eindigen.
De twee stemkruisingen tussen de sopraan- en de altpartij (bij ‘auf’ in de eerste regel en bij ‘milde’ in de derde regel) illustreren dat de muziek alleen op harmonieën is gebaseerd.
Er bestaat ook een bron voor twee sopranen en bas en eventueel basso continuo. Blijkens de voorreden bij andere uitgaven van zijn muziek paste Schütz de uitvoeringspraktijk toe waarbij een of meer stemmen instrumentaal uitgevoerd werden.


Liturgische bruikbaarheid

Reeds in de middeleeuwen werd deze psalmtekst voor de middagmaaltijd gebruikt. De omvang van dit koorwerkje gaat het karakter van een kernvers eigenlijk te buiten, maar vanwege de functie is het toch bij deze categorie ondergebracht: een gezongen tafelzegen waarmee men de maaltijd kan beginnen, bijvoorbeeld bij gemeentemaaltijden, studiedagen van koren of andere kerkelijke groepen, et cetera. Het komt dan ook in veel hedendaagse Duitse gezangboeken voor. Maar men zingt het daar dan wel uit het hoofd.

Zie voor een algemene toelichting het overzichtsartikel Het kernvers.

Auteur: Pieter Endedijk


Links

Klik hier om het geheel te beluisteren van het ‘Benedicite vor dem Essen’, de driedelige tafelzegen van Luther (SWV 429) en afkomstig uit de Zwölf geistlichen Gesängen van Schütz (opus 13), bestaande uit ‘Aller Augen’, het Onze Vader en de zegenspreuk ‘Herr Gott, himmlischer Vater’.


Media

Video: Schüler-Eltern-Lehrer-Chor van de Klaus-Harms-Schule te Kappeln (D)