Zoek een lied

{{ filtered.length }} van {{ totalItems}} liederen getoond

Geen liederen of gedichten gevonden

157e - De Barmhartige ziet naar mij om


Peter Jones Wim Ruessink

Tekst

Informatie over de achtergrond bij de Lofzang van Maria: zie Liedboek 157b.
Voor een toelichting bij de tekst: zie Liedboek 157c.


Melodie

Achtergrond en herkomst

De liturgische hervormingen die het Tweede Vaticaans Concilie in de jaren zestig van de vorige eeuw doorvoerde, deed binnen de kerk van Rome de behoefte ontstaan aan volkstaalbewerkingen van het Magnificat. Een belangrijke stimulans in het rooms-katholieke Engeland om te zorgen voor nieuwe kerkmuziek in de volkstaal , kwam van een groep van zeven katholieke componisten die sinds in 1969 verbonden was aan het het St. Thomas More Center for Pastoral Liturgy, onderdeel van de Roman Catholic Diocese of Westminster in Londen. Belangrijk was een reis van twee leden, Paul Inwood en Christopher Walker, in 1985 naar de Verenigde Staten om het werk en de idealen van de groep te promoten. De reis resulteerde erin dat de Amerikaanse uitgever Oregon Catholic Press de componistengroep ging ondersteunen door het uitgeven van geluidsdragers en bladmuziek onder de titel ‘Music of the St. Thomas More Center’. In 1991 werd het contract met de OPC vernieuwd en besloot de componistengroep verder te gaan onder de naam ‘The St Thomas More Group’.
Een van de zeven componisten was Peter Jones (1951-2016). In 1989 verscheen in de serie St. Thomas More Choral Series van de Oregon Catholic Press diens Magnificat voor ‘Assembly, Cantor, Unison Choir, Keyboard, Guitar, Chimes’.

Vorm

Jones’ Magnificatbewerking bestaat uit twee elementen: een tweeregelig refrein dat tot aan het einde onafgebroken herhaald wordt (‘Ostinato Refrain’). Terwijl het refrein klinkt, wordt – en dat is het tweede element – de onberijmde tekst van de Lofzang van Maria gezongen. Jones heeft die tekst in drie ‘verses’ ondergebracht:

Verse 1: Lucas 1,46-49
Verse 2: Lucas 1,50-53
Verse 3: Lucas 1,54-55

Het geheel wordt afgesloten met een toegevoegd ‘Alleluia’. Een paar fragmenten uit het Magnificat heeft Jones niet getoonzet. Het betreft Lucas 1,49 (‘ja, grote dingen heeft de Machtige voor mij gedaan, heilig is zijn naam’), 1,53 (‘Wie honger heeft overlaadt Hij met gaven, maar rijken stuurt Hij weg met lege handen’) en 1,54b (‘Hij herinnert zich zijn barmhartigheid’). De Engelse tekst is dan ook ‘based on Luke 1:46-55’.
De tekst van het refrein is afgeleid van Lucas 1,49:

The Almighty works marvels for me.
Holy his name, holy his name.

De redactie van het Liedboek heeft ‘Almachtige (‘Almighty’) vervangen door ‘Barmhartige’. Voor het Liedboek bewerkte Wim Ruessink de muziek van de verzen, zodat deze de Nederlandse tekst uit de Nieuwe Bijbelvertaling kon dragen. Een verschil met de Engelse versie is dat Ruessink de volledige Magnificattekst verwerkte, en daarentegen niet afsluit met een ‘halleluja’.
De toonzetting van Jones’ Magnificat is ingetogen. Het introverte karakter van het refrein wordt mede bepaald door de relatief lage ligging en doordat de melodie binnen de omvang van een sext blijft: de hoogste noot is de b’ in de voorlaatste maat. Ook de toonherhalingen in de eerste regel, waarbij per maat van toon gewisseld wordt, werken mee aan de ingekeerde sfeer. De tonen van de vier maten vormen samen de drieklank d’-fis’-a’, het grondakkoord van de toonsoort waarin het refrein staat.
De tweede regel wordt melodisch iets beweeglijker, onder andere door de wisselnoot e’ in maat 5 en door de afsluitende formule b’-g’-fis’-e’. Doordat de bewerking eindigt op de dominant A, heeft zij een open einde. Dat wordt extra benadrukt doordat de vocale partij eindigt op de kwint van het A-akkoord.

Uitvoering

Peter Jones vermeldt in zijn partituur dat de verzen door een ‘cantor’ gezongen worden. Wim Ruessink geeft aan dat hij zijn bewerking expliciet voor sopraan gedacht heeft. Uitvoering door een sopraanstem geeft deze bewerking van de lofzang van Maria natuurlijk een extra dimensie. Maar wanneer geen sopraan voorhanden is, maar wel een goede mannenstem, is het ook mogelijk dat deze de verzen zingt.
In de kooruitgave van het Liedboek volgen de cantorverzen elkaar onafgebroken op, maar het is goed mogelijk om een extra refrein toe te voegen. Sterker, de componist heeft in de Engelse partituur aangegeven dat het refrein aan het begin en einde van het stuk twee keer gezongen dient te worden, en één keer ‘between verses’. Dat laatste zou in de Nederlandse bewerking betekenen dat het refrein gezongen wordt na vers 3 en 6.

Het refrein is geschreven om uitgevoerd te worden door een eenstemmig koor én gemeente, maar het is ook goed mogelijk om het ostinato-refrein enkel uit te voeren met óf gemeente óf koor. Bij de uitvoering van het lied moet er op gelet worden dat de gemeente zeer zacht zingt zodat zij de cantor niet overstemt. Terwijl de gemeente zingt moet zij immers ook de tekst van de cantor, nog kunnen verstaan.
Het is belangrijk een rustig tempo te kiezen: het meditatieve karakter van de compositie vraagt daarom. Bovendien heeft de cantor anders geen gelegenheid om de achtste noten en vooral de triolen zodanig uit te voeren dat de tekst verstaanbaar blijft. Jones schreef boven zijn werk ‘Gently’ en het metronoomgetal 76 voor de kwartnoot.

Wat de instrumentale begeleiding betreft, is hierboven melding gemaakt dat Jones zijn Magnificat schreef voor ‘Keyboard, Guitar, and Chimes’. Bij ‘keyboard’ kan aan een toetsinstrument in de breedste zin van het woord gedacht worden.
In de eenstemmige uitgave van het Liedboek staan de gitaarakkoorden aangegeven. In de Engelse partituur is te lezen dat het klokkenspel (‘chimes’) alleen ingeschakeld wordt wanneer het refrein tussen Verse 1 en Verse 2 gezongen wordt en wanneer het aan het einde nog tweemaal klinkt. De partij van het klokkenspel, die niet in de begeleidingsbundel is opgenomen, luidt:
Het spreekt voor zich dat de organist, pianist of keyboardspeler zich houdt aan de zetting van Jones, zoals deze in de begeleidingsbundel bij het Liedboek staat; het geheel van refrein en verzen is immers gebaseerd op een onveranderlijk harmonisch schema.

Auteur: Jan Smelik