Zoek een lied

{{ filtered.length }} van {{ totalItems}} liederen getoond

Geen liederen of gedichten gevonden

193 - God, kom mij te hulp


Getijden
IWVL

Tekst

Zie voor een algemene toelichting het overzichtsartikel ‘Getijden’.

Herkomst en verspreiding

Dit openingsvers voor een getijdedienst is ontleend aan het Abdijboek van de Intermonasteriële Werkgroep voor Liturgie (IWVL, openingsvers nr. 1), een samenwerkingsverband van monniken en monialen van Nederlandse en Vlaamse benedictijner- en cisterciënzerabdijen en -kloosters om liturgische gezangen te vervaardigen voor gebruik in de getijden. Het Abdijboek verscheen vanaf 1981 in afleveringen, waarin ‘God, kom mij te hulp’ te vinden is als eerste openingsvers, dat ook een plaats kreeg in Gezangen voor Liturgie (1984, nr. 351).

Inhoud

De tekst van dit openingsvers is Psalm 70,2. Dit Bijbelvers wordt meestal gebruikt bij openingsverzen in getijdediensten (zie Liedboek 190a). Na het psalmvers volgt de lofprijzing, de trinitarische doxologie: ‘Eer aan de Vader en de Zoon en de heilige Geest…’


Melodie

De melodieën die door de leden van de IWVL zijn geschreven, wortelen in het gregoriaans. De tekst van dit openingsvers wordt gereciteerd op een g’ met in het tweede zinsdeel van het psalmvers (‘Heer, haast u mij te helpen’) een afsluiting, in gregoriaanse reciteervormen ‘terminatio’ genoemd: g’-a’-g’-f’-g’.
De doxologie wordt ook op de toon g’ gereciteerd. Gebruikelijk is om bij een lange tekstregel halverwege het reciteren met een lagere toon te onderbreken. Dat wordt een ‘flexa’ genoemd, hier de f’ bij ‘Geest’.
De doxologie heeft een uitgebreidere ‘terminatio’ dan het psalmvers: g’-bes’-a’-f’-g’.

Auteur: Pieter Endedijk