Zoek een lied

{{ filtered.length }} van {{ totalItems}} liederen getoond

Geen liederen of gedichten gevonden

339a - U komt de lof toe (Ordinarium Frits Mehrtens)


Het ordinarium in het Liedboek Schriftacclamatie
Frits Mehrtens

Tekst

Liedboek 339a is een onderdeel van het ordinarium van Frits Mehrtens. De andere delen van dit ordinarium zijn Liedboek 299a, 404a en 408a. Zie voor meer informatie het overzichtsartikel Het ordinarium in het Liedboek.

Ontstaan en verspreiding

De evangelie-acclamatie ‘U komt de lof toe’ behoort tot het ‘Oecumenisch Ordinarium’. Over het ontstaan daarvan, zie Liedboek 299a.
De eerste publicatie is Proeve van een Oecumenisch Ordinarium (1968) en deze acclamatie kreeg al spoedig daarna, los van de andere delen van het ordinarium, een plaats in diverse liedbundels, vooral rooms-katholieke: Randstadbundel (1970, nr. 64); Liturgische gezangen voor de viering van de eucharistie (1972, nr. 6); Bavo liedboek (1979, nr. 54); Gezangen voor Liturgie (1984, nr. 265); Petrus en Paulusbundel (1987, nr. 46); Oud-Katholiek Gezangboek (1990, nr. 304); Evangelische Liedbundel (1999, nr. 267); Laus Deo (2000, blz. 416) en Zingt Jubilate (editie 2006, nr. 8c). In Onze hulp (1978), Dienstboek I (Ordinarium 1) en het Liedboek is het gehele ordinarium van Frits Mehrtens opgenomen met de acclamatie als onderdeel daarvan. Voor de liednummers van de overige delen, zie blz. 594.

Inhoud

‘U komt de lof toe’ is een vertaling van ‘Te decet laus’, een uit het Grieks vertaalde doxologie. Kerkvader Benedictus van Nurcia (480-547) schreef in zijn kloosterregel voor dat het ‘Te decet’ gezongen moest worden in de metten (de nachtelijke gebedsuren) op zon- en feestdagen als afsluiting van de evangelielezing.

De Latijnse tekst luidt:

Te decet laus, te decet hymnus,
tibi gloria, Deo Patri et Filio cum Sancto Spiritu,
in saecula saeculorum. Amen.

De Nederlandse vertaling is van Willem Barnard.


Melodie

De brede bekendheid van deze acclamatie is zeker mede te danken aan de melodie van Frits Mehrtens. Deze melodie heeft meer het karakter van een hymne dan van een acclamatie door de heldere indeling in vier regels en de tonaliteit: D-groot, eindigend op de dominant (a’).
De inzet van de melodie (met de wending d’-fis’-g’-a’) vertoont overeenkomsten met andere melodieën van Mehrtens, zoals ‘Zing voor de Heer een nieuw gezang’, Liedboek 655:
‘In den beginne was het Woord’, Zingend Geloven 3, nr. 5:
en ‘O Christus, Heer der heerlijkheid’, Liedboek voor de kerken, gezang 89:


Liturgische bruikbaarheid

Zie het overzichtsartikel ‘De schriftacclamatie’.

Auteur: Pieter Endedijk


Media

Uitvoerenden: Collegium de Dunis o.l.v. Ignace Thevelein; Tom Hoornaert, orgel