Zoek een lied

{{ filtered.length }} van {{ totalItems}} liederen getoond

Geen liederen of gedichten gevonden

634 - U zij de glorie, opgestane Heer


See, the conqu'ring hero comes

Tekst

Ontstaan en verspreiding

Ongetwijfeld rekenen velen ‘U zij de glorie’ tot hun top tien van geestelijke liederen. Een paasviering waarin dit lied niet wordt gezongen, kunnen zij zich niet voorstellen. Ook bij het Nederlandse koningshuis is het lied populair. Bij heel wat koninklijke aangelegenheden, met name begrafenissen, staat het op het repertoire. Vaak wordt dan wel voor de originele Franse tekst gekozen. Dat Franse origineel ‘A Toi la gloire’ werd door Edmund Louis Budry (1854-1932) geschreven op een melodie van George Frideric Handel (1685-1759) en werd voor het eerste gepubliceerd in 1885 (Chants Évangéliques). In de loop der jaren zijn er heel wat pogingen gedaan, om die beroemde melodie van Handel van een Nederlandse tekst te voorzien, als paaslied maar zelfs ook als adventslied (‘Dochter Sions, wees verheugd!’, Gezangboek van de Evangelische Broedergemeente in Nederland 1968, nr. 84). Tegenwoordig is ons deze melodie het meest vertrouwd in combinatie met de tekst, die wordt toegeschreven aan Jan Willem Schulte Nordholt (!920-1995). Hij volgde in zijn berijming in grote lijnen het Franse origineel. Zo vind je het lied in veel bekende zangbundels.

De tekstversie van Henk Jongerius verscheen voor het eerst in druk als nr. 41 in Bijbels Liedboek, een uitgave van de Katholieke Bijbelstichting in samenwerking met de Nationale Raad voor Liturgie (Boxtel 1971). In geen enkel van de diverse zangbundeltjes, die hij daarna bij de uitgeverij Gooi en Sticht het licht deed zien, kom je zijn tekst tegen. Die duikt voor het eerst weer op in het Oud-Katholiek Gezangboek (1990, nr. 658). Daarna is de tekst van Jongerius te vinden in de bundel Tussentijds (2005, nr. 172), en zo is het ‘U zij de glorie’ van Jongerius uiteindelijk, als nr. 634, ook terecht gekomen in het Liedboek. In zijn verzamelde liederen Voor wie gedenken (Utrecht 2016) neemt Jongerius het lied wel op (blz. 452).

Inhoud

Wat heeft Jongerius bewogen, om op die bekende melodie een nieuwe tekst te schrijven? Wellicht dat hij zich niet kon vinden in het toch wat triomfalistische en hier en daar wat gezwollen taalgebruik van het oorspronkelijke lied. Desalniettemin neemt hij de bekende twee beginregels bijna ongewijzigd over en laat deze, net als in het origineel, op het eind van elke strofe terugkeren. Wel wijzigt hij het ‘nu en immer meer’ in ‘U zij alle eer’!

In zijn eerste strofe houdt Jongerius zo slechts twee regels over die om een nieuwe invulling vragen. Allereerst wordt de opgestane Heer aangesproken, die ter wille van ons al het menselijk lijden heeft ondergaan (Lucas 24,26). Dat ‘ter wille van ons’ wordt in de tweede regel verrassend onder woorden gebracht met ‘om ons te bevrijden tot een nieuw bestaan’.

De tweede strofe begint met het uitspreken van een dubbele wens: dat het paasfeest en dat wat wij vieren licht mag brengen in het duister en nieuwe vrede waar geen hoop meer is. Die begrippen ‘licht’ en ‘vrede’ (Lucas 24,36; Johannes 20,19) keren terug in de twee volgende regels. Nu in de vorm van een bede, die zij die lied zingen in de mond nemen:

Geef ons dan te leven in het nieuwe licht,
wil het woord ons geven dat hier vrede sticht.

Liturgische bruikbaarheid

Het Liedboek neemt ‘U zij de glorie’ in de versie van Jongerius op in de rubriek ‘Drie dagen van Pasen’. Het kan ook buiten de paastijd soms een verantwoorde keuze zijn. Daarbij valt bijvoorbeeld te denken aan uitvaartdiensten.

Auteur: Gerard Kock


Media

Video: Liedboek 634 door Els Beelen, zang; Vincent van Laar, orgel (Dorpskerk Eelde)