Zoek een lied

{{ filtered.length }} van {{ totalItems}} liederen getoond

Geen liederen of gedichten gevonden

911 - Rots waaruit het leven welt


Rock of ages, cleft for me

Augustus Montague Toplady
Willem Barnard
anoniem, ca. 1800?
Spanish Chant

Melodie

Het lied ‘Rock of ages, cleft for me’ van Augustus Montague Toplady (1740-1778) werd in de vertaling van Jacqueline van der Waals (1868-1922) als ‘Vaste rots van mijn behoud’ bekend. Die bekendheid verwierf het door opname in Oude en nieuwe zangen (1911; nr. 67) van Suzanna Maria van Woensel Kooy (1875-1934) – in de belangrijke herziene editie van 1954 is het lied vervallen – en in de ‘Hervormde bundel van 1938’. Het geliefde en verguisde lied werd niet opgenomen in het Liedboek voor de kerken, maar bleef in een deel van de Nederlandse protestantse kerken populair. Het kreeg wel een plaats in Op toonhoogte (2005/2015) en het Gereformeerd Kerkboek (2006). De Evangelische liedbundel (1999) nam naast de vertaling van Jacqueline van der Waals ook die van Willem Barnard op. In de opvolger van deze bundel, Hemelhoog (2015), verviel Barnards tekst. In Liedboek (2013) en Weerklank (2016) werd Barnards vertaling van ‘Rock of ages’ wel opgenomen.

In de Oude en nieuwe zangen wordt de melodie aangeduid als ‘Ierse melodie’. In Gezangen nevens de Psalmen in gebruik bij de Gereformeerde Kerken in Nederland (in Hersteld Verband) (1933, gezang 65) en de hymnologisch daaraan gerelateerde bundel Psalmen en Geestelijke Liederen uit de schat van de kerk der eeuwen (1936, gezang 92) wordt bij die aanduiding het jaar 1779 vermeld. In laatstgenoemde bundel is deze melodie een alternatief voor de daarboven afgedrukte melodie Nicht so traurig, nicht so sehr van Johann Crüger (1598-1662).

Maar is de vermelding van de Ierse oorsprong juist? ‘Rock of ages’ komt in Engelstalige landen in nagenoeg alle kerkelijke liedbundels voor, maar niet met de melodie die in Nederland wordt gezongen. In Engeland komen we de tekst vooral tegen op de melodie Petra van Richard Redhead (1820-1901):

In de Verenigde Staten is de melodie Toplady van Thomas Hastings (1784-1872) vooral bij deze tekst in gebruik. De naam van de melodie verraadt dat deze bij de tekst van Toplady werd geschreven.

Ook wordt de melodie vaak in een 3/4-maat genoteerd. Een combinatie van de tekst ‘Rock of ages’ met de in Nederland bekende melodie is niet gevonden.

Waar komt nu de melodie vandaan die in ons land bekend is?
In 1983 verscheen het bundeltje Een plaats ontzegd met liederen die wel in het concept voor het Liedboek voor de kerken, maar niet in de definitieve uitgave werden opgenomen. Daarin vinden we Barnards vertaling en bij de melodie wordt de naam Spanish Chant vermeld, zonder nadere gegevens. Als we op deze melodienaam in Amerikaanse bundels zoeken, dan komen we die vaak tegen, maar met andere liedteksten, onder andere ‘Come, Christians, join to sing’, een tekst van Christian Henry Bateman (1813-1889), en ‘Saviour, when in tears and dust’ (in oudere uitgaven ‘Savior, when in dust to thee’), een tekst van Robert Grant (1779-1838). De melodie wordt ook wel Madrid genoemd.
Er zijn echter enkele opvallende verschillen tussen de melodie in Amerikaanse bronnen en de versie zoals deze in Nederland bekend is. In de Verenigde Staten staat de melodie Spanish Chant in een 4/4-maat, is de zesregelige melodie een achtregelige (vorm A-A-B-A in plaats van A-B-A) en kent elke regel meestal geen zeven, maar zes lettergrepen. Hieronder de weergave van ‘Come, Christians, join to sing’ in een van de meest recente Amerikaanse liedbundels One in Faith (2014):

In haast alle uitgaven met deze melodie wordt als bron aangegeven: ‘Spanish melody’, ‘Spanish folk melody’ of ‘Ancient Spanish melody’. Ook blijft nagenoeg steeds de toonsoort As-groot ongewijzigd.
Als we terugzoeken in oudere uitgaven (via www.hymnary.org), komen we enkele interessante zaken op het spoor.

In 1883 stellen Thomas B. White en Edward L. White Washington Harmony, samen, een muziekuitgave waarover zij in het voorwoord zeggen:

This collection contains some of the best old tunes now in common use – besides a very large proportion of original music, and pieces never before published in this country; together with Anthems and set pieces, suited to various public occasions – making, altogether, a greater variety, it is believed, that can be found in any other collection.

De melodie heet in deze uitgave Ascription en er staat als componist de naam van de verder onbekende B. Case bij. De melodie staat in de tenor. Liederen met de melodienaam Ascription komen wel in hymnals voor, maar het zijn andere melodieën.

Interessant is een liedbundel met Portugese teksten. In Musica Sacra: arranjada para quatro vozes (1868) staat een lied met deze melodie en de titel ‘Hespanha’.

Mogelijk ligt hier een sleutel. Hebben immigranten uit Portugal dit lied in hun nieuwe vaderland gekoesterd? Inmiddels zijn we weer bij een zesregelig lied uitgekomen, maar nog steeds in een 4/4-maat.
Er is nog een naam die genoemd moet worden. In veel Amerikaanse bundels is de muziek van dit lied opgenomen in een bewerking van Benjamin Carr (1768-1831). Deze Amerikaanse componist, muziekpedagoog en muziekuitgever werd geboren in Londen, studeerde in Engeland orgel en compositie en vertrok in 1797 naar Philadelphia, waar hij belangrijke muzikale functies vervulde. Ook hij zou een rol kunnen hebben vervuld in de overtocht van de bewuste melodie van Europa naar Amerika.
De melodie is ook in kringen van het Amerikaanse Leger des Heils bekend. Barbara Stoddart (1865-1915) schreef de tekst ‘Blessed Lamb of Calvary’ en dit lied verscheen onder andere in Salvation Army Book New York (1900) en The Song Book of the Salvation Army (1953). Dat het lied nog steeds binnen de Salvation Army functioneert, laat een YouTubefilmpje zien: klik hier
The Cyber Hymnal (www.hymntime.com) schrijft de muziek toe aan Henry Rowley Bishop (1786-1855). Maar deze naam komt verder nergens voor in relatie tot dit lied.
De zoektocht naar de oorsprong van de melodie reikt voorlopig niet verder dan het begin van de negentiende eeuw in de Verenigde Staten (in elk geval vóór 1831). Een Ierse oorsprong is dan ook zeer onwaarschijnlijk. Vermoedelijk is de melodie veelal mondeling overgeleverd voordat zij genoteerd werd in liedbundels, waardoor ook de beschreven varianten ontstonden.

De zesregelige melodie heeft een driedelige structuur, waarbij het derde deel een herhaling is van het eerste (A-B-A-vorm). De twee regels in het middendeel zijn identiek. Zo ontstaat de vorm a-b-c-c-a-b.
Het monotone ritme in een 3/4-maat en de weinig verrassende melodische ontwikkeling hebben een niet zo sterke, maar wel bij velen geliefde melodie opgeleverd.

Auteur: Pieter Endedijk