Zoek een persoon

{{ filtered.length }} van {{ totalItems}} personen getoond

Geen personen gevonden

Mattheus Verdaasdonk


geboren: 7 oktober 1918 te Amsterdam
overleden: 3 maart 1966 te Amsterdam

Bijdragen in het Liedboek

254 Vriendelijk licht, dat heel de dag (t)
730 Heer, herinner u de namen (t)

Leven en werk

Mattheus Adrianus Verdaasdonk (roepnaam: Matthé) bezocht het franciscaner Gymnasium Immaculatae Conceptionis te Venray. Na de middelbare schoolopleiding op dit internaat studeerde hij rechten en vestigde zich vervolgens als advocaat te Amsterdam.

Bij een van zijn cliënten, de uitgever G.A. van Oorschot, verscheen in 1946 Verdaasdonks dichtbundel Cantuale ad usum fratrum minorum. Het literaire oeuvre van Verdaasdonk bleef beperkt: naast de genoemde dichtbundel publiceerde hij in 1962 de novelle Niemand weet waarom. Ook verschenen verhalen, gedichten, vertalingen en recensies van hem in het tijdschrift Tirade, waarvan hij van 1962-1966 redactielid was. Daarnaast schreef Verdaasdonk een aantal hoorspelen. Hij trouwde op 21 juli 1943 met Nel ten Hacken (1916-1998) te Amsterdam. Ze kregen twee kinderen: Hugo (1945-2007) en Matthea (1946). Binnen de rooms-katholieke wereld vervulde Verdaasdonk verschillende bestuursfuncties, onder andere in het bestuur van de Katholieke Centrale Vereniging voor Geestelijke Volksgezondheid.

In opdracht van het Katechetisch Centrum Canisianum te Nijmegen dichtte Verdaasdonk in 1959 een aantal liederen voor de bundel Alleluia. 65 Geestelijke Liederen voor gebruik in school en kerk (Den Bosch/Amsterdam 1960). Naast de twee liedteksten die in het Liedboek staan, bevatte deze bundel drie andere liederen van zijn hand:

  • O Heer, die in de hemel zijt (nr. 10, melodie: Kees Bak)
  • Hoe zult Gij wederkeren (nr. 42, melodie: Kees Bak)
  • Schepper der wereld (nr. 60, melodie: Albert de Klerk)

Mattheus Verdaasdonk had in de jaren vijftig contact met een aantal protestantse dichters, waaronder Ad den Besten en Willem Barnard, die zich bezighielden met het dichten van kerkliedteksten. Een plan om samen met hen een literair tijdschrift voor protestanten en rooms-katholieken op te richten, liep op niets uit. Wel leidden de contacten ertoe dat het lied ‘Heer, herinner u de namen’ opgenomen werd in het Liedboek voor de kerken (1973, gezang 273).

Auteur: Jan Smelik