geboren: 3 februari 1809 te Hamburg
overleden: 4 november 1847 te Leipzig
Bijdrage in het Liedboek
| 481 | Hoor, de engelen zingen de eer (m) |
Biografische notitie
Kleinzoon van de beroemde joodse wijsgeer Moses Mendelssohn, die een van grote vertegenwoordigers van de filosofie van de Verlichting was. Kreeg op jeugdige leeftijd muziekles en spoedig bleken zijn talenten als componist. Studeerde geschiedenis en filosofie te Berlijn. Maakte veel reizen, onder andere tien keer naar Engeland. Werd in 1835 leider van het Gewandhausorchester te Leipzig, waar hij later ook het conservatorium oprichtte. Liet een uitgebreid oeuvre na, waaronder symfonieën, soloconcerten, koorwerken, kamermuziek en pianomuziek. Voor de kerkmuziek ligt zijn betekenis vooral in de herontdekking van de Matthäus-Passion van Johann Sebastian Bach, waarvan hij in 1829 de eerste uitvoering gaf in honderd jaar. Was een van de belangrijkste componisten van de vroeg-romantiek.