Zoek een persoon

{{ filtered.length }} van {{ totalItems}} personen getoond

Geen personen gevonden

Nikolaus von Flüe


beeld van Nikolaus von Flüe bij de Ranftschlucht

geboren: 1417 te Flüeli (Obwalden, Zwitserland)
overleden: 21 maart 1487 in de Ranftschlucht bij Flüeli

Bijdrage in het Liedboek

p 1406 Mijn Heer en mijn God (t)

Leven en werk

De geboorteplek van Nicolaus von Fluë (in het vervolg met zijn Zwitserse naam: Niklaus von Flüe of ook Bruder Klaus genoemd) bevindt zich in een boerderij op de hoogte Flüeli (Sachseln, in de buurt van Sarns, Zwitserland). Zijn leven begint in 1417. Hij sterft op 21 maart 1487 in Ranft als kluizenaar, niet ver van zijn huis. Hij trouwt als hij 29 is met Dorothee Wyss, die dan ongeveer vijftien jaar oud is. Ze krijgen vijf dochters en vijf zonen. Een aanzienlijke boerderij betekent voor haar het besturen van het huis en voor hem het boerenbedrijf uitbouwen. Ze leven in een tijd waarin men in de Alpen op veeteelt en kaasmaken is overgegaan en er spanningen zijn over gemeenschappelijke weidegrond en afgeschermd privébezit. Ook bestaan er spanningen tussen de stedelijke kantons en de meer landelijke kantons en er is verzet tegen de dreigende, vreemde overheersing door Bourgondiërs en Habsburgers.

Vanaf 1431 beschikt Niklaus over actief en passief stemrecht in zaken aangaande de kerkgemeenschap en de landsregering van het kanton Obwald. Zo op zijn veertigste geldt hij als een vertrouwenspersoon en behoort hij als rechter, raadsheer en aanvoerder ‘Rottmeister’ van een militair vaandel van ongeveer tien landsknechten tot de bestuurlijke, rechterlijke en in mindere mate de militaire leiding van zijn kanton. De kandidatuur om het ambt van ‘Landeshauptmann’ te bekleden slaat hij af, een functie die twee van zijn zonen wel op zich zullen nemen.

In 1465 legt hij al zijn politieke ambten neer. Deze vrome mens voelt zich geroepen tot diep contact met de absolute waarheid, heeft last van vertwijfelingen, depressies, en slapeloosheid. Hij verlaat in oktober 1467 met instemming (ook juridisch) van vrouw en kinderen huis en hof om boetvaardig op pelgrimstocht te gaan. De pelgrimage pakt al in november van dat jaar anders uit door een heftige existentiële crisis en visioenen. In Liestal maakt hij rechtsomkeert en vestigt zich, aanvankelijk onopgemerkt door de familie, al spoedig in de Ranftschlucht. Hij leeft daar twintig jaar als kluizenaar, in de buurt van het huis dat hij had verlaten. God als pure goedheid is kennelijk vlakbij huis te vinden.

Het is nauwelijks te beseffen wat deze ommekeer voor zijn vrouw en kinderen betekent. Misschien hebben ook zij ten diepste niet begrepen wat hem in zijn grote vertwijfeling bewoog. En hebben ze hem niettemin zijn vertrek gegund. Eenzaam is hij niet in zijn levensstrijd: zo staat onder andere de pastoor van Kerns hem als biechtvader bij. Als hij na zijn nalatenschap geregeld te hebben zijn familie verlaat, is het jongste kind zestien weken oud. Het is alsof hij in zijn crisis aan de ene kant compromisloos handelt en aan de andere kant in een raadselachtige stap creatief een omgang met de onrusten van zijn hart heeft gevonden. Zijn levensweg moet zo lopen, hij is daarin beslist: weg van thuis, alleen zijn in het zoeken naar een situatie waarin het verlangen naar Gods pure waarheid als dragende kern en grond van zijn bestaan wordt vervuld. Vreemd? Pathologisch te verklaren? Een pelgrimerende koopman uit Halle maakt in 1474 gewag van zijn bezoek aan Broeder Klaus en treft in hem een aangenaam, belangstellend, normaal iemand.

Voor Broeder Klaus wordt een kapel gebouwd en ingewijd en een priester bedient de mis. Hij woont er in een eenvoudige behuizing, waar velen hem komen bezoeken om hem vanwege de roep dat hij at noch dronk als wonder te aanschouwen, maar er komen vooral talloze bezoekers van heinde en verre om raad te vragen, zoals dat bij de meeste kluizenaars het geval is. Het wonderlijke verhaal gaat dat hij tot zijn dood niet at en dronk en enkel gevoed werd door de dagelijkse eucharistie: toereikend zou het eten van de hostie zijn en het drinken van de wijn. Het laat op zijn minst metaforisch zien hoe ver de vraag kan strekken om ‘alles te nemen dat afhoudt van God’. Onder dat ‘alles’ vallen niet alleen materiële zaken als bezit of zelfs eten, maar ook frustraties, teleurstellingen, boosheden, angsten, of dwanggedachten, en strevingen tot mateloos perfectionisme in doen en denken.

Kennelijk is dit leven op de grens voor hem de beste manier om van en in Gods vrede te verwijlen. Hij behoudt zijn leven in overgave aan God door veel te kunnen verliezen (Matteüs 10,39). Broeder Klaus: een leek, een wijze visionair, vredestichter en een deemoedig asceet, die toont wat vasten, wat afzien inhoudt.

In 1669 wordt hij vanwege zijn regionale betekenis zaligverklaard en vanwege zijn betekenis voor de hele mensheid verklaart de paus hem in 1947 heilig. Voor Zwitsers is hij de heilige bij uitstek of ze nu katholiek zijn of protestant. Hij adviseerde eens in een kwestie rond de verhouding tussen de stedelijke kantons en landelijke kantons. Een spanning die juridisch zou kunnen worden opgelost. Maar ook de onheilspellende kans op een militair conflict lag na bijna een jaar tevergeefs onderhandelen in het verschiet. In december 1481 geeft hij ’s nachts aan een toegesnelde onderhandelaar een geheim advies. Het komt erop neer dat hij een diplomatieke oplossing voorstelt waarin het gezonde verstand overheerst. Het leidt tot een werkbaar verdrag, het Stanser Verkommnis. Hij heeft eens gezegd dat de gang naar de rechter de verliezende partij meestal geen rust geeft.

Zo staat hij bekend als vredestichter en is hij voor de protestanten met hun bezwaren tegen heiligverklaring en een katholieke claim op Broeder Klaus in ethisch opzicht evenzeer een heilige, zoals bijvoorbeeld protestantse theologen als Walter Nigg en Karl Barth stelden.

Broeder Klaus is ook de patroon van de katholieke landbouwvereniging in Zwitserland en Duitsland. Her en der zijn er kerken en kapellen aan hem gewijd, zoals de ‘Bruder-Klaus-Kapelle in Mechernich-Wachendorf’ (Eifel, Duitsland), die een boer op zijn land onder architectuur heeft laten oprichten (www.feldkapelle.de).

Auteur: Evert Jonker

Externe link

https://www.heiligenlexikon.de/BiographienN/Nikolaus_von_Fluee.htm
http://www.bruderklaus.ch/?id=2