Zoek een lied

{{ filtered.length }} van {{ totalItems}} liederen getoond

Geen liederen of gedichten gevonden

126a - Als God ons thuisbrengt uit onze ballingschap


Antwoordpsalm
Vijftig psalmen

Tekst

De tekst is Psalm 126 uit Vijftig psalmen, een psalmvertaling van Huub Oosterhuis en Michel van der Plas in samenwerking met Pius Drijvers en Han Renckens.
Voor meer informatie over deze psalmvertaling, zie Liedboek 72a.


Melodie

Psalm 126 is een bedevaartslied uit het Boek der Psalmen. In de psalmvertaling van Gerhardt/Van der Zeyde staat als opschrift ‘Het lied der hoop’. Elders heet het ‘een lied voor onderweg’. In de rooms-katholieke praktijk klinkt de psalm vaak tijdens een dodenliturgie.

Melodie en vorm

Liedboek 126a is geen strofenlied met een melodie als zelfstandige grootheid, maar een beurtzang waarbij de melodie gemodelleerd staat op het vrije ritme van de tekst. Het bijzondere van 126a is dat deze wel sterk lijkt op een strofenlied, met dus een vast metrisch maat-schema. Bij nader inzicht zien we echter dat de melodie zich niet zelfstandig ontwikkelt zoals in een strofenlied, maar bestaat uit eenzelfde melodisch element dat herhaald wordt op gelijke hoogte. Eigenlijk is hier sprake van een bijzondere vorm van psalmodisch recitatief, waarbij de telkens stijgende en dalende beweging van de melodie functioneert als een soort reciteerformule. Deze heeft dan ook vanzelfsprekend op geen enkele wijze een inhoudelijke band met de tekst. Ook het refrein is bijzonder: het heeft geen acclamatiekarakter of de vormgeving van een klassieke melodisch contrasterende antifoon, maar lijkt wel de eerste strofe van een lied, opgebouwd op de bovengenoemde elementen.

Hiermee is nog niet alles gezegd over de originele vorm van dit gezang. Sluit het eerste voorzangvers dankzij de melodische overeenkomst nauw aan bij het refrein, de melodie van de tweede strofe is niet zoals verwacht een herhaling van het recitatief, maar een soort tussenstrofe, waarin gezocht is naar melodische en tonale afwisseling. De toonaard is van majeur mineur geworden. De volledige maat rust aan het einde biedt ruimte aan de begeleiding om te moduleren naar een herhaling van het eerste voorzangvers, nu een volledige toon hoger. Daardoor krijgt deze in de derde strofe een meer stralend en open karakter.

Melodie en tekst

De aparte melodiebehandeling houdt verband met de tekst. De componist heeft toe willen werken naar een melodisch hoogtepunt in de derde strofe, waarin nu op feestelijke wijze expressie wordt gegeven aan het ‘oogsten in vreugde’ en het ‘zingende keert hij terug met zijn schoven’. Een toon hoger gezet klinkt het geheel stralender en verwachtingsvoller dan in het voorafgaande gedeelte. Dankzij de afsluitende herhaling van het refrein op deze zelfde nieuwe toonhoogte wordt ‘dat zal een droom zijn’ een vreugdevolle geloofszekerheid: het vertrouwen dat de droom eens bewaarheid zal worden. Om de opgaande beweging naar de derde strofe niet te onderbreken gaat de tweede strofe zonder onderbreking over in de derde. Al met al werden op deze manier in een van oorsprong psalmodische zetting allerlei strofenliedachtige elementen verweven.

Sprekend over dit werk vertelde Huijbers mij geïnspireerd te zijn door het wiegende en swingende lied van donkergekleurde Amerikanen. Deze hebben dit vanuit Afrika meegenomen naar het Westen en zingen het vooral bij massabijeenkomsten en in de kerk. Daarom wil hij deze psalmzetting enigszins swingend en wiegend gezongen hebben, in laag tempo.

Auteur: Anton Vernooij


Media

Uitvoerenden: Koor van de Amsterdamse Studentenekklesia en/of Koor voor nieuwe Nederlandse religieuze muziek

Video: Als God ons thuisbrengt uit onze ballingschap