Zoek een persoon

{{ filtered.length }} van {{ totalItems}} personen getoond

Geen personen gevonden

Johann Rudolf Ahle


geboren: 24 december 1625 te Mühlhausen (Thüringen)
overleden: 9 juli 1673 te Mühlhausen (Thüringen)

Bijdragen in het Liedboek

213 Morgenglans der eeuwigheid (m)
314 Here Jezus, om uw woord (m)
347 Here Jezus, wij zijn nu (m)

Leven en werk

Johann Rudolf Ahle stamt uit een welgestelde koopmansfamilie. Vader Hans Ahle, een zeep-producent, zorgde ervoor dat zijn zoon een gedegen opleiding kreeg, eerst op het gymnasium in Mühlhausen en vervolgens (1643) in Göttingen. Met Pasen 1645 schreef Ahle zich in aan de universiteit van Erfurt, waar hij theologie studeerde.

Intussen had hij zich ook ontpopt als een buitengewoon muzikaal talent. Het was daarom niet vreemd dat hij in 1646 tot cantor van de St.-Andreaskirche te Erfurt aangesteld werd. Drie, vier jaar later keerde hij naar zijn geboorteplaats Mühlhausen terug om daar in 1654 organist te worden van de Divi Blassii, de kerk waaraan ongeveer een halve eeuw later Johann Sebastian Bach korte tijd verbonden zou zijn. Hij trouwde daar in mei 1650 met Anna-Maria Wölfer. Uit het huwelijk werd een zoon geboren, Johann Georg (1651-1706), die evenals zijn vader muziek tot zijn beroep koos.

Vanaf 1655 bekleedde Ahle diverse functies in het stadsbestuur. Nog in zijn sterfjaar werd hij tot eerste burgemeester verkozen.

Ahle, die door de Lüneburgse cantor Michael Jacobi wel de ‘Duitse Monteverdi’ genoemd werd, publiceerde diverse muziekbundels, zoals een boek met meerkorige composities: Fried-, Freud- und Jubel-Geschrey, Singet dem Herrn ein neues Lied (Erfurt 1650). Daarnaast schreef hij verscheidene (Latijnse) muziektraktaten.

Hoewel Ahle zich ook als lieddichter profileerde, zijn al zijn liedteksten in de vergetelheid geraakt. Dit geldt niet voor een aantal van zijn melodieën, die tot op heden internationaal  bekend zijn. In het Liedboek zijn Ahles melodieën ‘Liebster Jesu, wir sind hier’ en ‘Morgenglanz der Ewigkeit’ opgenomen. Het betreft overigens in beide gevallen latere, zeer bewerkte melodieversies, ontleend aan aria’s die Ahle oorspronkelijk voor een of meer vocale stemmen met basso continuo componeerde en niet voor volkszang.

Auteur: Jan Smelik